Griekenland - Lesbos 2018
Verslag van de vakantie van 23 t/m 30 april 2018
Door Henk de Lange
inleiding:
Dit is een reisverslag van een combinatie gezins-/vogelvakantie. Het meeste wat ik vertel heeft betrekking op het vogels kijken op Lesbos; iets waar je je als vogelaar moeilijk aan kunt onttrekken is het voorjaar in zo’n beetje de 2 belangrijkste trekweken voor het eiland.
Daarnaast heb ik met het gezin natuurlijk ook andere dingen ondernomen, maar vaak kon ik daarbij ook de verrekijker benutten.
Hoe kwam het er eigenlijk van om naar Lesbos te gaan?
Een paar weken voor het boeken werd er al eens door de andere gezinsleden geopperd of we niet een paar dagen weg konden ergens heen, maar ik had er op dat moment zelf nog niet zo zeer behoefte aan moet ik zeggen, was nog te druk met mijn werk bezig.
Nu was ik vanaf januari 2018 al bezig met het maken van een nieuwe website voor Avifauna Groningen en daarbij moest ik ook de reisverslagen overzetten. Één daarvan was een kort verslag van Jan Allex de Roos over het eiland Kos waar hij in 1 week zo’n 70 soorten had gezien, na iedere ochtend uitgeslapen te hebben. Dus ik dacht waarom ook niet een paar dagen daarheen wellicht? Toen ik een balletje opwierp over een weekje weg naar Kos was meteen iedereen voor.
Daarna keek ik even wat verder rond op internet en kwam ik verslagen tegen van vogelen op Lesbos waarbij ze in 1 week zo tegen de 170 soorten aanliepen met een grote groep vogelaars. Dus daarna is het plan enigszins gewijzigd en heb ik Lesbos voorgesteld, en ook daar gingen alle handen voor de lucht in!, wel wetende dat daar dus ook veel vogels te zien zijn.
Voorbereiding:
We hebben een locatie uitgezocht, beetje midden op het eiland, ja en dat het nou toevallig ook voor vogelaars een hotspot is kon ik toch ook niets aan doen.
Wat wel meespeelde was dat ook alle accommodaties nog niet open waren in die laatste week van april. 1 mei is ook wel een soort start van het seizoen op Lesbos, dat wordt dan ook uitgebreid gevierd heb ik begrepen. Vanaf die datum trekken de Grieken ook pas een korte broek aan! Dus als toerist was je makkelijk te herkennen die week in de korte broek.
De voorbereiding was eigenlijk vrij kort, ik had niet zo veel tijd, ook omdat ik nog druk bezig was met de website van Avifauna Groningen die ik beloofd had om op 15 mei klaar te hebben om die tijdens de jubileumdag van 50-jarig bestaan te presenteren.
Twee Engelstalige boeken geleend van Ana Buren, die er een paar jaar geleden al eens geweest was. "A Birdwarching Guido to Lesvos" van Steve Dudley uit 2009 en "Birding on the Greek Island of Lesvos" van Richard Brooks uit 1998. Beide boeken zijn ook hier en daar tweedehands nog wel op de kop te tikken.
Zelf een kaart van het eiland gekocht en het boek: “Vogels kijken op Lesbos” van Luc Hoogenstein https://www.dezwerver.nl/r/europa/griekenland/lesbos/c/boeken/natuurgidsen/9789050114554/vogelgids-natuurgids-reisgids-vogels-kijken-op-lesbos-knnv
Er is ook nog een goed boek van Crossbill Guides“Lesbos” maar die is Engelstalig, en in dit geval vond ik het Nederlandstalige boek handiger, ook omdat ze min of meer dezelfde plekken behandelden. https://www.dezwerver.nl/r/europa/griekenland/lesbos/c/boeken/natuurgidsen/9789491648083/natuurgids-reisgids-lesbos-crossbill-guides
Daarnaast nog een paar websites bekeken, en me lid gemaakt van een Engelse twitteraar die meldingen doet ter plekke als er iets bijzonders is te zien.
Het boek “Vogels kijken op Lesbos” is dan ook de leidraad geworden voor het vogelen op Lesbos en ik heb eigenlijk alle plekken wel één of meer keer bezocht.
Hieronder het kaartje overgenomen uit het boek met de desbetreffende gebieden waarin ik ook telkens verwijs in mijn verslag.
01. Skala Kallonis |
09. Eresos - Sigri |
Maandag 23 april
Reisdag:
Deze dag was alleen maar een reisdag. Tegen 10 uur vertrokken we uit Groningen om met het vliegtuig van 16:00 uur te vliegen met Corendon naar Mytilini op Lesbos. Een vliegreis van 3 à 3,5 uur. We kwamen daar rond 20:40 aan (Griekse tijd), we moesten er 1 uur bijtellen.
Een kwartier voor de landing was het nog superlicht en dacht ik nog even waarom heb ik de gehuurde auto niet laten klaarzetten om zelf te rijden. Maar we waren het vliegtuig nog niet uit of het was eigenlijk al best donker, zo snel ging dat.
Dat was toch maar goed ook denk ik, want anders was ik mogelijk verdwaald in Mytilini, de bewegwijzering is nou niet helermaal wat we hier gewend zijn. (De laatste dag kwam ik daar wel achter).
We werden met een paars shuttlebusje met andere gasten die ook in het hotel verbleven, samen met gasten uit een naastgelegen hotel, naar Koloni gereden. Een host vertelde ons allemaal wetenswaardigheden over Lesbos, wat op zich wel interessant is omdat dit soort dingen doorgaans niet in een reisgids te vinden zijn. De Nederlandse host woont al jaren op het eiland en weet er inmiddels alles van.
Hij vertelt natuurlijk ook over het vluchtelingenprobleem waar het eiland sinds 2015 mee te kampen heeft en dat als gevolg daarvan het toerisme met 80% was afgenomen in dat jaar en dat ze langzaam weer een beetje uit het dal kropen. Naast dit natuurlijk wereldwijd probleem waar ik verder niet op inga in dit verslag, kwam daar natuurlijk nog de crisis overheen voor de inwoners van Griekenland. De toeristen zijn dan ook hard nodig om de boel in beweging te houden, voor velen was het de laatste jaren tot nu toe overleven met hun zaken. Ik heb met een paar gesproken en ze zeiden allemaal hetzelfde.
De vluchtelingen op zich vinden ze nog niet eens het grootste probleem en ze willen hen best helpen, maar dan moeten aan de andere kant wel de inkomsten blijven komen uit het toerisme waar het eiland voor het grootste deel afhankelijk van is. Dus met wegblijven help je ze zeker niet.
Een opmerking bleef me nog wel bij, de host zei dat Erdogan Lesbos weer wilde inlijven bij Turkije, daar had ik zelf nog nooit iets van gehoord of gelezen.
Als ik Wikipedia https://nl.wikipedia.org/wiki/Lesbos_(eiland) erop nasla lees ik dat ze in 1912 bevrijd zijn van de toen Turkse overheerser en dat Lesbos vanaf 1914 officieel bij Griekenland hoort.
Rond 22:30 kwamen we in het hotel aan, namen de sleutel in ontvangst en zijn maar gaan slapen, want het was eigenlijk vrij koud in het appartement. Zelfs midden in de nacht werd ik nog wakker van de kou.
Dinsdag 24 april
's Ochtends:
Ik werd al redelijk vroeg wakker van allemaal vogelgeluiden waarvan ik een aantal niet kon thuisbrengen. De veelvuldig aanwezige Huis- en Ringmussen zouden deze week mijn natuurlijke wekker worden!
Om 7:15 kon ik toch niet langer meer blijven liggen en ben er uitgegaan om in de omgeving te gaan kijken. Voor 9 uur zou ik dan terug zijn omdat ze dan de huurauto zouden komen afleveren en het tevens de tijd is voor het ontbijt. Dit is ook voor alle andere ochtenden zo maar afgesproken dat ik tussen pakweg 6 en 9 uur in de ochtend alleen op pad ga omdat de rest dat geen tijd vind om op te staan, zij hebben immers vakantie!
Bij de ingang van het hotel, kwam meteen al een hoop kabaal uit de bosjes. Daar zaten onder meer een Ceti’s zanger, Orpheusspotvogel en Nachtegaal, waarvan de eerste twee nieuw voor mij waren. Bij het hotel zaten verder o.a. Putters, Huis- en Boerenzwaluwen.
gebied 1: Skala Kallonis
Ik ben daarna een paar honderd meter langs de weg gelopen richting de zee en heb gebied 1: Skala Kallonis uit het boekje bekeken.
gebied 1: Skala Kallonis bij zonsopkomst
Een van de eerste vogels die ik daar zag was de Kuifleeuwerik, in Nederland geen broedvogel meer sinds een paar jaar, maar hier op Lesbos kwam ik er wel achter dat die eigenlijk overal zat. Je struikelde er zowat over en moest moeite doen om er geen een aan te rijden, zolang bleven ze soms op het pad zitten.
Langs de zee lopend zag ik prachtig de zon opkomen over het rimpelloze meer. Even later kwam het eerste vissersbootje voorbij om de netten te legen. Of ze nu op vis of krab vissen dat weet ik niet? Het zat er allebei in ieder geval.
Verder lopend vloog er ineens een Hop vlak voor mijn neus langs, ja en dat was wel balen, ik had mijn fototoestel niet meegenomen; ik was alleen maar even van plan om rond het hotel te kijken. Maar ja, zoals dat weleens vaker met mij gaat wordt het dan net even weer iets anders en wijk ik van mijn plan af. Daar weet Karin alles van.
De Hop vloog met een boog om mij heen richting hotel, maar later heb ik die niet weer gezien helaas. Wel vlogen er nog een aantal roepende Dwergsterns en Witwangsterns voorbij.
In het gebied was nog wel iets water aanwezig, maar erg veel vogels zaten er niet. Op internet zag ik foto’s waarop meer vogels te zien waren. In de plassen en bij de monding van de rivier liepen wel een aantal Strand- en Kleine Plevieren en vlogen er Huis- Boeren- en Roodstuitzwaluwen rond. Over de zee vloog nog een Griel roepend voorbij.
Vanaf de kant van de rivier waar ik stond kon je met de verrekijker aan de overkant een kijkscherm zien staan, dat stond dichter op het stroompje wat er nog over was van de rivier.
Zo van afstand zag ik daar wel Kleine zilverreigers, Casarca’s en Groenpootruiters langs de rivierbedding staan.
Daarna ben ik weer naar de weg gelopen waar ik een man in het water zag staan. Ik had geen idee wat die ging doen, even later ging die onder water met een boei achter zich aan, misschien ving die wel krabben of kreeften? Vervolgens ben ik langs het hotel richting hoofdweg gelopen.
Het vissersbootje op het stille water en de duiker die vist op krabben of kreeften?
Langs deze weg kon je wel lopen, en op de brug aangekomen vlogen er twee Oeverlopers met een hoop kabaal vandoor. Wat ik daar zag drijven was dan weer niet zo lekker: er lag een kadaver van een dode koe in en dat stonk behoorlijk. Nu lag er nog een oude brug naast een meter of 10 verder en net toen ik daarheen liep gingen er twee Roodpootvalken naast me op het elektriciteitsdraad zitten, nog geen 5 meter van me verwijderd bleven ze even zitten. Ja, en daar heb je het al weer voor de tweede keer vandaag, geen camera bij me. Later deze week nooit meer zo’n kans gehad.
Op het oude bruggetje aangekomen was het al niet veel beter, daarachter lagen twee dode schapen zich lekker te ontleden, bah. Inmiddels liepen er al wat meer vogelaars rond die ook nog op een auto zaten te wachten en ook net als wij gisteren waren gearriveerd.
Ik kreeg zo langzamerhand wel trek in koffie dus ben ik teruggelopen naar het hotel en heb ik de rest van de familie gewekt voor het ontbijt. Bij het openen van de deur vlogen meteen al boerenzwaluwen naar binnen en zochten ze de airco op. De auto kwam een half uur later net toen ik mijn gebakken eitje zat te eten, maar hij had geen haast en wachtte geduldig af.
De overige hotelgasten waren volgens mij vrijwel allemaal vogelaars, sommigen in groepsverband, andere met aanhang(familie) net als ik. Gisteravond bij de aankomst werd me al duidelijk dat veel mensen hier al meer malen geweest waren. Sommigen komen er al voor het 7e of zelfs 13e jaar, ik vrees na deze vakantie dat dit ook niet mijn laatste keer is!
Het aantal mensen van gepensioneerde leeftijd is hier volgens mij wel redelijk hoog in deze periode van het jaar, maar ja, dat komt ook door de vogels, en dat zal zeker in de zomer wel anders zijn. Het was voor 80% Nederlanders wat er zat, een paar Engelsen en een 1 Duitser. Tijdens een kort gesprekje met iemand vloog er net een Zwarte Ooievaar over ons heen.
‘s Middags:
gebied 12: Kavaki
Na het ontbijt en de auto in ontvangst te hebben genomen was het tijd om maar eens op pad te gaan. Eerst maar even langs een supermarkt om wat eten en drinken te kopen voor onderweg. Daarna zijn we richting Petra/Molyvos gereden, ik wou weleens even kijken bij de Rüppels Grasmus.
Molyvos
Bij de eerste parkeerplaats tussen Petra de auto even neergezet en vandaar langs de weg naar beneden gelopen en in de struiken onder ons zagen we meerdere Rüppels Grasmussen zingen. Ook zagen we hier Baardgrasmussen, 1 Cirlgors en een Zomertortel zittend op het draad en op de struiken Oostelijke Blonde Tapuiten.
Cirlgors |
Moorse landschildpad |
Hardoen |
Daarna reden we door naar Molyvos en kwam ik erachter dat ik mijn zonnebril was verloren. Die had ik op mijn T-shirt hangen en met de fotocamera en verrekijker om mijn nek zal die er wel ergens zijn af gevallen. Ik heb de familie onderaan het dorp uit de auto gezet en ben zelf meteen teruggereden. Helaas de zonnebril niet meer terug kunnen vinden, was al weg? Of iemand anders had hem al in dat half uurtje gevonden? Zag nog wel een Moorse landschildpad zitten achter het muurtje.
Kasteel Molyvos
Terug bij de gezinsleden die inmiddels waren opgeklommen tot het kasteel, zaten daar o.a. Raven, verschillende zwaluwen, en een Oostelijke Blonde Tapuit en op de muren liepen hagedissen en hardoenen.
Onderweg terug, zag ik nog mijn eerste Arendbuizerd omhoogschroeven.
De andere gezinsleden gingen aan het zwembad bij het hotel zitten en ik ging er nog maar even op uit en bracht een bezoek aan gebied 3: Zoutpannen van Kalloni.
gebied 3: Zoutpannen van Kalloni
Vanaf de hoofdweg het gebied inrijdend zag ik al snel veel Flamingo’s, een Ralreiger en Kwak langs het water lopen aan de overkant langs het dijkje en een tiental Lachsterns zitten in een van de bassins. Ook Dwergsterns, Visdieven en Witwangsterns vlogen boven het water en aan de andere kant van de auto boven de weilanden.
Steltkluten
In het water waar je langs reed zaten meerdere soorten steltlopers, waaronder Stelkluten, Kemphanen, kleine Strandlopers, Oeverlopers, Bosruiters, Kleine en Bontbekplevieren.
In de zoutbakken zelf zaten ook Grote en Kleine zilverreigers, Zwarte Ibissen en Zwarte Ruiters.
Griel |
Kleine Zilverreiger |
Spaanse Mus |
Achterop in het drogere terrein kwam ik naast veel Kuifleeuweriken, Grauwe Gorzen, een Paapje, veel Spaanse Mussen een Kortteenleeuwerik, Graspiepers tegen. Helaas geen Rosse Waaierstaart.
Een Hop ging voor me op het pad zitten en iets verder op het hek, lang genoeg voor een plaatje.
De Hop op het hek bij de zoutpannen.
Net na de bocht voor de kijkhut die achterin het terrein staat, het pad ingeslagen welke helemaal doorloopt tot aan het dorp. Hier zag ik al een fotograaf aan de kant staan in zijn auto en ik kon wel raden waar die naar keek. Ik ben zelf even doorgereden na de bocht en vandaar gezocht waar die zijn telelens op had gericht en ja hoor, daar zag ik dus 2 Grielen lopen en zag ik voor deze week mijn enige en eerste Vorkstaartplevier zitten.
De twee Grielen op het "grielenveldje" met vlak bij de linker griel de Vorkstaartplevier
Toen ik terugreed over de hoofdweg stak er nog een redelijk grote Moorse landschildpad de weg over. Hij had de overkant al bijna gehaald, maar normaal stap je dan uit en zet je de schildpad even over de weg heen zodat die geen verkeersslachtoffer wordt.
Woensdag 25 april
gebied 12: Kavaki
Vandaag wou ik beginnen bij waar ik gisteren gestopt was: de zoutpannen. Echter doordat ik in het dorp Kalloni de afslag voor de bakker miste reed ik de verkeerde weg in en ging reeds omhoog buiten het dorp en reed steeds verder van de zoutpannen vandaan. Ben toen maar doorgereden weer richting Petri gebied 12: Kavaki van het boekje. Nu had ik alleen even iets meer tijd om rustiger naar de Rüppels Grasmussen te kijken en luisteren.
Molyvos met op de achtergrond de Turkse kust
Naast deze soort zaten er ook Baardgrasmussen, Oostelijke Blonde Tapuiten, 1 Blauwe Rotslijster mooi op een Rots aan de zee, Zomertortels en een mooi zingende Orpheus Grasmus. Zonnebril ook niet toevallig nog teruggevonden.
Rüppels Grasmus |
Blauwe Rotslijster(bewijsplaatje) |
Zomertortel |
gebied 13: Reservoir van Perasma
Daarna doorgereden naar gebied 13: Reservoir van Perasma en zag ik al meteen een fraaie Arendbuizend aangevallen worden door Bonte Kraaien. Voor een mooie foto was ik net te laat; hij draaide zich van me af en vloog ver weg.
Reservoir van Perasma
Het Reservoir is niet meer dan een plastic waterbak van enige omvang. Er zaten 2 Casarca’s in en één verdwaalde Stelkluut liep er rond. In De bosjes rondom Cetti’s Zangers, Nachtegalen, Baardgrasmus, een Oostelijk Blonde Tapuit, Cirlgors en enkele soorten zwaluwen.
Onderweg van het reservoir naar Molyvos kwam ik nog Grauwe Klauwieren en een paartje Huismussen tegen dat zijn intrek had genomen in een elektriciteitskastje.
Tapuit |
Huismussen met nest |
Oostelijke Blonde Tapuit |
Gebied 8 Stuwmeer en Klooster
Na het ontbijt hebben we een rit naar het westen toe op het programma staan. We gaan dan via gebied 8 Stuwmeer en Klooster langs gebied 11: Klooster van Ipsilou richting kust om als het even kan in zee te zwemmen.
Toen we net een minuut of 10 weg waren vanuit ons hotel uit Skala Kaloni en nog langs de kust reden, zag ik in mijn autospiegel allemaal zwarte silhouetten boven de zee zweven. Ik dacht aan een grote groep Zwarte Ooievaars. Maar even de auto aan de kant gezet en met de verrekijker gekeken, en wat bleek het waren allemaal parachutisten die net door een chinook helikopter waren gedropt en die als het goed is op het strand landden vlak voor ons hotel. Verder rijdend moest ik nog even stoppen voor een mooie Arendbuizerd wederom die er omhoog draaide.
Klooster van Pithariou
Een Zwarte Ooievaar vloog ons voorbij en ging heel even bij de stuw zitten. Op het water zelf ontzettend veel meeuwen waaronder Geelpootmeeuwen. Ook het onheilspellende geluid van de Dodaars hoor je hier. In het moerassige gedeelte zagen we een Ralreiger en Kleine zilverreigers staan. Twee andere Nederlanders zagen nog een Steenuiltje op een hek zitten op weg naar het klooster, dat hebben we net gemist. Het laatste stukje weg naar het klooster toe is heel erg stijl, Morris vindt het te eng en kiest om het te lopen. Een knappe wielrenner die dit stukje op komt! Bij het klooster en het water zie je ook enkele Rotszwaluwen en Roodstuitzwaluwen vliegen naast de algemenere soorten. Uit de bosjes komt het lawaai vooral van Nachtegalen en Cetti’s zangers. Ook enkele mezen, vinken en een Grauwe Vliegenvanger is aanwezig. Hoger op in de bergen galmt het geluid van de daar rondvliegende Raven.
Klooster van Pithariou aan het stuwmeer
Bij een soort van kijkplaats aan de rand van het water hoorde Morris eerst iets ritselen en toen zag hij een slang wegschieten de richting in waar onze auto stond. Toen ik daar heen liep zag ik de slang ook. Het is een Scheltopusik, een hagedis zonder ledematen, een soort hazelworm, die wel anderhalve meter lang kan worden en de dikte bijna van een pols kan krijgen. Ze zijn verder ongevaarlijk. Overigens, veel van deze soort zie je platgereden op de weg liggen, ze lijken dan ook wel algemeen voor te komen.
Kapel aan het stuwmeer van Pithariou
We wilden de weg vervolgen door over de dam te rijden maar helaas was aan de overkant van de dam de weg afgesloten, en juist op dat moment zag ik links tegen de berghelling aan een Eleonora’s Valk vliegen.
gebied 11: Klooster van Ipsilou
De weg gedeeltelijk maar weer terug gevolgd en naar het Klooster van Ipsilou (gebied 11) gereden. Ik zei tegen de jongens dat we daar wel konden lunchen, dacht dat ik dat ergens gelezen had.
Klooster van Ipsilou
Langs het eenrichtingsverkeer weggetje naar boven toe waren twee Engelse fotografen waarschijnlijk bezig Smyrnagorzen of Rouwmezen op de plaat te krijgen.
Boven bij het klooster zag ik inderdaad een Rouwmees voorbijkomen, daarnaast zag ik naast zwaluwen, Rotsmussen, Oostelijke Blonde Tapuit, Isalbeltapuit en hoorde ik Wielewalen dudeljoën.
Foto's van binnen de muren van het klooster, rechstonder: foto van een versteende boom bij het Natural History Museum of the Lesvos Petrified Forest
Helaas viel er weinig te lunchen. Het klooster kun je bezichtigen en er liep 1 monnik rond in een gewaad, ik denk alleen maar voor de toeristen.
Na het klooster bekeken te hebben en het kleine fraaie kapelletje dat er binnen de muren stond was ik samen met de jongens alweer bij de auto beland. Karin was nergens te bekennen! Dus ik belde haar maar even waar ze nou uithing? Het was de eenzame monnik gelukt haar mee te lokken naar zijn museumpje wat er blijkbaar ook nog was, maar gelukkig kon ze door mijn telefoontje aan de monnik ontsnappen.
100 meter beneden ligt ook nog iets militairs, waar je langsrijdt. Daar moet dan ook de weg spitsen naar links en rechts alleen ik zag het niet, je bleek even over een verhoging te moeten rijden zodat je de eenrichtingsweg kon volgen. Ik zag het dus niet en dacht nou dan maar dezelfde weg terugrijden, weer langs die Engelsen die net voor de beste shot midden op de weg stonden en dus opzij moesten omdat wij erlangs moesten. En ja hoor 20 meter voor het einde van de weg, terwijl er niemand aan kwam, werden we er nog even fijntjes door een Nederlander op gewezen dat we tegen het verkeer inreden, ja dat wist ik ook wel. Maar goed, ze moest het toch even zeggen zei Karin.
gebied 10: Versteende Woud
Vervolgens zijn we doorgereden om langs “het versteende woud” gebied 10 “Petrified Forest Park” door te rijden naar Sigri. Helaas, het park bleek al 2 jaar gesloten te zijn, dat werd ons in Sigri verteld.
Restaurant aan de haven van Sigri met de drogende stukken inkvis
We hebben eerst maar lekker geluncht in Sigri aan de haven, waar de stukken inktvis buiten hingen te drogen bij het restaurant. Heel toevallig was daar op hetzelfde terras ook het reisgezelschap van Correndon aanwezig met onze host Dolf, van de eerste avond uit de bus naar het hotel toe.
Je kon namelijk ook deelnemen aan diverse excursies georganiseerd door de hosten i.s.m. Correndon. Ik moet zeggen op zich zaten daar wel leuke dingen bij hoor, maar wij trekken liever ons eigen plan, maar voor velen een aanrader. Dolf raadde aan dan maar even bij het museum te kijken, daar was ook een stukje versteend bos bij waar je kon rondlopen.
Dus wij op zoek naar dat museum en gevonden, het leek er dicht uit te zien maar de tuin kon je zo inlopen, waar dus versteende bomen lagen en stonden. Er stond een vlinderstruik in het begin die echt barste van allemaal kleine witte vlinders, het was een wolk als je erlangs liep. Toen we verder doorliepen werden we ingehaald door iemand die uit het gebouw kwam, er zat dus toch iemand binnen. Het was niet de bedoeling dat we daar zomaar liepen want dat hoorde bij het museum. Nou dat was mij niet duidelijk hoor, maar goed, nu waren we min of meer wel uit beleefdheid verplicht kaartjes te kopen voor het museum, dat hebben we dan maar gedaan. Ik was van tevoren helemaal niet van plan om daarbinnen te kijken, maar ja als je dan toch kaartjes hebt, dan dat ook maar even. De jongens waren sowieso al bij het terras blijven hangen, dus hun maar even gezegd dat ze niet naar binnen mochten en even moesten wachten tot wij terugkwamen, dat scheelde weer 20 euro en ze vinden er bij voorbaat al niets aan. Als je van archeologie en dat soort dingen houdt is het interessant, maar het is niet echt mijn ding.
Terug bij de auto stelde ik nog voor om daar aan het strandje even te gaan zwemmen, maar er lagen volgens hen te veel stenen, ze willen een zandstrand. Hoezo verwend!
gebied 9 Sigri richting Eresos
Daarna hebben we de weg van gebied 9 Sigri richting Eresos gereden.
Een 15 kilometer lange landweg prachtig door het gebied heen. De beide jongens wilden liever over een verharde weg, maar ja nu we er toch eenmalig waren wou ik hier toch eigenlijk wel langs.
Westelijke Blonde Tapuit, links man, rechts vrouw
Persoonlijk vond ik dit wel een van de mooiste wegen waar genoeg te zien viel.
Een hond zorgde voor de kudde schapen en geiten die in de bergen liepen, het was me al eens eerder opgevallen dat er soms schapen en of geiten rondliepen alleen onder begeleiding van een hond en zonder een herder.
Een hond die zelfstandig zijn kudde geiten bij elkaar hield
We zagen hier de eerste en enige Smyrnagors op een draad zitten. Op de stenen en rotsen vooral Oostelijke Blonde Tapuiten, en een Isabeltapuit. Verder Kleine Klapekster, Grauwe Klauwieren, Maskerklauwieren, Spaanse Mussen, een enkele Kleine Torenvalken, Arendbuizerd, Cirlgorzen, Raven, Kneu, Zwartkopgorzen, Grauwe Gors, 1 Koekoek en mijn enige Bruinkeelortolaan zat hier op het pad.
Purperreiger |
Kleine Torenvalk |
Smyrnagors |
Toen we langs een boerderij/schapenschuur reden liepen daar twee mensen langs. De vrouw deed de vinger voor haar mond dat we stil moesten zijn, er zat daar een Steenuiltje mooi op een muur. Ja de auto maakt natuurlijk iets lawaai anders kunnen we niet rijden. Het uiltje vloog terug naar de achterkant van de schuur en toen zijn we maar weer doorgereden.
Halverwege ongeveer heb je nog een nat gebiedje de Meladia rivier, nou ja beekje dan, maar daar zag Morris een mooie Purperreiger zitten die wij over het hoofd hadden gezien als hij niets gezegd had. Ook hier Cetti’s zangers en Nachtegalen en 1 Withalsvliegenvanger. Ik denk dat als je hier rondloopt er best meer soorten te zien zijn, maar ik mocht de auto niet meer uit en moest doorrijden. Ik snapte het wel, dus dat deed ik dan ook maar niet.
Terugrijdend kon je aan de overkant de berg Olympus zien liggen en komen we ook nog langs het klooster Limonos wat zo'n 5 kilometer voor Kallonis ligt.
Berg Olympus torent boven de bossen uit
Klooster Limonos
En na een lange dag onderweg eindigde het toch nog in het zwembad van het hotel terwijl de zon zich langzaam terugtrekt achter de bergen.
Donderdag 26 april
gebied 4: Meer van Metochi en omgeving
Volgens een Nederlandse vrouw die ik gisteren bij het ontbijt sprak was dit meertje niet ver van het hotel en makkelijk te vinden, dus dacht ik, daar ga ik deze ochtend maar eens even kijken.
Bij het hotel wegrijdend meteen al 5 Zwarte Ooievaars vlakbij, laag overvliegend langs trekkend.
Ik was mooi op tijd weg dus leek het me nog rustig hier. De afslag na net 1 km hoofdweg net in de bocht naar rechts de gravelweg op. Er stonden borden bij, dus het kan niet moeilijk wezen toch. In het boekje las ik ook wel iets over een stenen bruggetje, daar was het vlakbij.
De kleine blauwe bordjes die ik volgde hielden ermee op en er stond nog wel een groter bord met iets met Metochi erop, dus dat ben ik maar blijven volgen. Voor mijn gevoel had ik er al lang moeten zijn, maar ja de borden gevolgd en vervolgens kom ik uit bij een klooster dat zo heet en waar de weg doodloopt. Dus toch ergens een afslag gemist.
Maar weer rechtsomkeer en op gevoel een beetje het dal ingereden. Ik las dat je er een beetje omheen kon lopen en dan langs een berghelling kwam, daar heb ik me dus op georiënteerd en ben daarheen gereden. Bij de helling even uitgestapt en door een schapenhekje een eindje langs de berg gelopen om te zoeken naar Rotsklevers. Helaas deze niet gevonden; wel een Maskerklauwier en een paar Roodkopklauwieren gezien. Ook boven op de berg zat een zingende Blauwe Rotslijster. Terug bij de auto onderaan de berg liepen daar ook schapen en geiten met indrukwekkende horens. Toen ik er even stond werd er hard geroepen, ik dacht dat die man het tegen mij had? Maar dat bleek niet zo te zijn, want toen die dichterbij kwam bleef die maar door roepen en kwamen er nog meer beesten de berg afgelopen. De schapen/geiten melken ze volgens mij ook allemaal, ik zag heel vaak pick-ups voorbijkomen met soort van bruine melkbussen achterop.
Ik was dus in het begin vlak bij het meertje langsgekomen, heb waarschijnlijk net op het verkeerde moment even naar de verkeerde kant gekeken en ben er zo dus simpelweg aan voorbij gereden.
Het meer van Metochi en een berghellinkje met schapen van de rondwandeling aldaar
Er stonden nog een paar auto’s met wat vogelaars langs het meertje. Dit is dé plek om het Klein Waterhoen te aanschouwen. Je zag aan de overkant al Kwak, Woudaap en Ralreiger langs de kant zitten, te wachten om gefotografeerd te worden. De Klein Waterhoenen lieten nog even op zich wachten en verstopten zich vooralsnog. De fotografen hier liepen stilletjes langs de kant ongeduldig wachtend tot een exemplaar zich aandiende. De enigen die ontiegelijk lawaai maakten waren de Cetti Zangers en Nachtegalen die onophoudelijk elkaar afwisselden van alle kanten, tussendoor nog onderbroken door een Grote Karekiet.
Ralreiger |
Woudaap |
Roodkopklauwier |
In het water zaten Dodaars, Meerkoeten en “ordinaire” Waterhoentjes de fotografen op de zenuwen te werken, die wilden maar een ding! Na een half uurtje kwam er ergens aan de overkant een Klein Waterhoen uit de dekking en klikten de camera’s als mitrailleurs om me heen; ik klikte ook maar een paar bewijsplaatjes. Een fotograaf zei “zo, weer 300 foto’s om weg te gooien, als er maar één goede bij zit”.
Ik heb daarna het rondje uit het boekje maar even gelopen langs de graslanden en boerderijen met blaffende honden, die je overigens ook onafgebroken hoorde. In Nederland was je er allang gek van geworden of hadden we de rijdende rechter erop afgestuurd, maar hier hoort het blaffen er gewoon bij.
Langs de route een paar Roodkopklauwieren nog en hoorde je ook zeer regelmatig Wielewalen en Hoppen roepen. Terug bij het meertje zag ik nog even een Klein Waterhoen en toen was het al weer tijd voor het ontbijt.
Gebied 5: Messa en omgeving
Na het ontbijt gingen Karin en ik kijken naar gebied 5: Messa en omgeving. De jongens bleven vandaag liever bij het hotel, ze gingen zelf wel even naar het dorp lopen voor eten en daarna lekker zonnen en zwemmen.
Op zich was dit een prima afspraak: zij hadden rust en wij konden zo rustiger overal even rondkijken, zonder meteen de vraag “gaan we”. Nu ze ouder worden merk je toch dat de beleving van vakantie steeds meer uiteenloopt. Zij vermaken zich al aan het zwembad met wifi, terwijl wij toch iets meer van de natuur en cultuur willen zien.
Bij een parkeerplaatsje aan de voet van het bos van Achladeri en aan de rand van de rivierbedding even gekeken met de telescoop naar het meer van Messa verderop. Daar zaten Kleine Zilverreigers, Casarca’s, Bergeenden en de enige Blauwe Reiger tot nu toe. Van de weg af dacht ik dat ik 2 Vorkstaartplevieren telkens even omhoog te zien komen tussen de vegetatie, maar toen we wat omhoogliepen waardoor je beter overzicht kreeg over het meer en natte gebiedje kon ik ze niet weer terugvinden helaas.
messa vlakte met achterin een groter meer
Terug vlak bij de auto zag ik in twee Europese Kanaries in de bomen vergezeld met nog een klein bruinig vogeltje, dit bleek een Balkan Bergfluiter te zijn. Hij vloog een paar keer heen en weer over ons heen van het bos naar een struikje aan het water, vlak bij ons. Er waren nog enkele vogelaars getuige en die kwamen daar ook op, hoewel de ene man eerst zei van een Bladkoning. Ook hier nog een mooi zingende Oostelijke Orpheusgrasmus.
Gebied 6: Achladeri- Picknickplaats en Vouvaris-Rivier
Hier hebben we de auto neergezet net voor het stenen bruggetje dat na de bocht komt op een landweggetje naast de berghelling. Hier zat wel een Blauwe Rotslijster op de rotsen, maar nog steeds geen Rotskruiper kunnen ontdekken. In het riviertje zaten allemaal schidpadden langs de kant.
Langs de rivier hoorden en zagen we Nachtegalen en Cetti’s Zangers, naast een Orpheusgrasmus ontzettend hun best doen wie het hardst lawaai kan maken. Toen ik met twee andere Nederlanders die ook bij de Balkanbergfluiter stonden in gesprek ging streken er op een kale tak een paar Roodstuitzwaluwen neer samen met een Oostelijke Blonde Tapuit. Toen we verder reden zagen we bij de graslanden een Roodkopklauwier in de top van een boompje zitten.
Roodstuitzwaluwen en Oostelijke Blonde Tapuit
We waren aangekomen bij de zogenaamde picknickplaats, verwacht hier geen picknicktafels of iets wat daarop lijkt. Het was een redelijk open vlakte waar je met de auto een boompje kon uitkiezen om onder te staan en daar vervolgens je picknickkleedje op de grond te spreiden om van je meegebrachte waren te genieten. Het belangrijkste aan deze plek was natuurlijk de Turkse Boomklever waarvoor eigenlijk iedereen hier kwam. De vogels moesten ergens in een dode boom zitten, en al snel zagen we een dode boom, maar na even gewacht te hebben was er weinig activiteit te bespeuren.
We waren de enigen hier dus we besloten om maar verder het bos in te lopen langs het pad omhoog wat een beetje synchroon loopt met het drooggevallen riviertje. Bij een splitsing zag ik een Middelste Bonte Specht in zo’n dennenboom zitten en wegvliegen. Wij gingen een eindje rechtsaf, maar vonden verder niets en weinig dode bomen. Weer terug langs het riviertje stond daar nog een grote dode boom met een hoop gaten, maar deze bleken ook niet bewoond. Vandaar kon je ook de eerste dode boom zien en toen ik daar wederom naar toe liep zag ik er een Turkse Boomklever op zitten, dus ik dacht ja ik heb hem.
Hij vloog weer weg, dus ik bleef geduldig afwachten en de boom goed in de gaten houden met de camera in de aanslag. En, ja hoor, op een dode tak kwam er een vogel aanvliegen met voer in de bek, en zo snel ik kon maakte ik een foto. De vogel vloog daarna snel een van de gaten in. Omdat ik door de lens van de camera keek en het zo snel ging moest ik even kijken wat ik er nu opgezet had, en wat bleek: het was een voor ons doodsimpele Pimpelmees. Dus helaas mis geschoten.
Pimpelmees |
Turkse Boomklever |
Op dat moment kwamen er 2 Engelse echtparen aan die al op leeftijd waren en er al voor het 136e jaar waren. Zij wisten wel waar de boomklever zat. Deze boom waar we nu bij stonden werd al een paar jaar niet meer door die vogels gebruikt.
We liepen dan maar achter die mensen aan en het bleek dus dat we bij de splitsing niet rechtsaf maar links moesten en na al een meter of 10 stond daar de bewuste boom. De boom zag er anders uit dan de andere dode bomen. De schors zat er nog op, die anderen waren echt kaal. Deze boom was in die zin dood omdat die halverwege was afgebroken. Dat hadden ze beter kunnen zeggen, een afgebroken boom want daar stonden er niet veel van.
Maar goed, op een afstandje hebben we afgewacht en na niet te lange tijd begon het spektakel van de af en aanvliegende pa en ma Turkse Boomklever die de jongen van de nodige insecten voorzagen. Een jong stak telkens zijn kop uit het gat, en ik wist niet of de anderen wel veel voer kregen. Soms zag je nog even een tweede kopje verschijnen maar dan drukte die andere zich weer op de voorgrond. Ik hoopte maar dat als er meer jongen in zaten die ook aan hun trekken zijn gekomen. Op een van de bomen erachter zagen we ook nog een Boomkuiper langs de stam omhoogklimmen. Ik hou deze twee soorten uit elkaar met het volgende ezelsbruggetje: De Boomkruiper kruipt omhoog, de Boomklever blijft kleven aan de boom en gaat naar beneden en valt er zo niet af.
Turkse Boomklever voert jongen
Teruglopend naar de auto zag ik op hetzelfde boompje waar de Middelste Bonte specht op zat nu een Maskerklauwier zitten. Toen we bij de auto ook even wat nuttigden zat daar nog een Cirlgors te zingen in de boom.
gebied 7: Zoutpannen van Polichnitos
We vervolgden onze route nu naar gebied 7: Zoutpannen van Polichnitos.
We bereikten het gebied een beetje op gevoel. Vanaf de hoofdweg namen we ergens een landweg richting de zee die redelijk stijl naar beneden liep, en gelukkig kwamen we goed uit en zagen vanaf de hoogte de zoutpannen liggen! Grauwe- en Roodkopklauwieren en nog ander zangvogel geweld begeleidden ons naar beneden toe.
Zoutpannen van Polichnitos
Aangekomen bij de Zoutpannen die een stuk kleiner zijn dan de zoutpannen van Kalloni gingen we het weggetje in aan de zeekant, dat loopt naar de fabriek waar het zout gewonnen wordt en waar ook een aantal auto’s stonden van medewerkers. Geen idee of ik hier nu mocht rijden, maar we zien wel. Vanaf deze plek heb je veel beter overzicht over de pannen.
Naast de Flamingo, en vele steltkluten zag ik hier ook voor het eerst gewone Kluten, Geelpootmeeuwen en Bergeenden. Daarnaast een aantal Visdiefjes waarvan er ook een paar zaten te broeden volgens mij. Op een van de bosjes rinkelde een Grauwe Gors met zijn sleutelbosje. Verder was er niet zo veel te zien helaas.
Toen ik met de telescoop richting de fabriek keek zag ik wel op het eind van de stijger aan zee een aantal Aalscholvers zitten, en omdat er ook kans was op Dwergaalscholvers of Kuifaalscholvers moesten we nog iets meer daarheen rijden; ze zaten nu te ver weg. We waren halverwege toen ons de ene auto na de andere voorbij raasde. De laatst auto maande ons rechtsomkeer te gaan. Dat bleek wel nodig want die man deed achter ons het hek dicht, anders hadden we er nooit meer weg kunnen komen. Het viel me nog mee dat we geen preek kregen dat we daar niet eens mochten komen, dus wat dat betreft deden ze er vrij relaxt over.
Ons oorspronkelijke plan was om ook nog de hoogste berg, gebied 16 Mount Olympus te bezoeken maar daar zagen we maar van af vanwege de tijd. We reden helemaal langs de kust terug, een leuk weggetje echt soms langs het water en veel landerijen. Wat me opviel was dat ik nog steeds geen enkele Bijeneter had gezien. Wel veel mooie veldjes vol met de klaprozen in bloei.
Met de auto vlak langs het water. Op veel plaatsen hele velden met bloeiende klaprozen
gebied 3: Zoutpannen van Kalloni
Terug bij Kalloni keken we nog even bij de Zoutpannen aldaar.
Steltkluut
Bijzonderheden deze keer: Lachsterns in het begin, een Torenvalk en een langstrekkende Arendbuizerd. Vlak bij de achterste kijkhut tussen de Kemphanen, Bosruiters, Steltkluten, Witgatjes en Oeverlopers ook Temmincks strandlopers. Karin nog even de Grielen laten zien, die zaten nog steeds op dat veldje, helaas geen vorkstaartplevier meer.
Temmincks Strandloper
Terug langs de zoutpannen richting hoofdweg konden we nog mooi de 4 Zwarte Ooievaars zien die er even hiervoor waren komen landen. Deze waren toch nog wel vrij schuw, vanuit het water dat net naast de weg loopt lieten ze zich niet echt benaderen met een auto, in tegenstelling tot alle andere vogels die zich er weinig van aantrokken. Iets te dicht in de buurt of ze vlogen al op en gingen net aan de andere kant van het dijkje zitten.
Vrijdag 27 april
gebied 3: Zoutpannen van Kalloni
Vandaag begin ik mijn ochtend maar eens bij de Zoutpannen van Kalloni (gebied 3).
Zonsopkomst boven de zoutpannen
Vanaf de hoofdweg draaide ik de zoutpannen op en meteen al zag ik tientallen sterns het water induiken op klein visjes of zoiets, het leek wel een feestmaal waar ze allemaal op afkwamen. Dwergstern, Witvleugelstern, Witwangstern, Visdief, Lachstern en slechts 1 Zwarte Stern hadden de uitnodiging ontvangen. Ook een Zwarte Ooievaar deelde nog even mee in de feestvreugde, maar was erg onrustig en verdween al snel weer achter het dijkje.
Alle vogelssoorten die op het tijdelijke feestmaal afkwamen, achter het dijkje zie je de twee Zwarte Ooievaars nog lopen.
Wat ook op viel was dat vrijwel alle Flamingo's op een kluitje stonden op een dijkje tussen de verschillende zoutwatervakken.
Achter op het terrein heb je ook nog een nat gebiedje, daar liepen zeker een tiental Roodkeelpiepers, die ik tot nu toe nog nooit gezien had, maar ik heb ze nu op mijn netvlies staan en zal ze sneller herkennen. Aan de zeekant alle bosjes even afgespeurd naar Rosse Waaierstaarten, maar helaas weer niets aanwezig.
Zwarte Ooievaar |
Kleine Klapekster |
Kuifleeuwerik |
Ik zag in het begin van deze week dat mensen vanachter de zoutbulten in de richting van de zoutpannen liepen, maar nu was het afgesloten omdat er schapen en ezels rondliepen. Met de telescoop heb ik wel een paar Balkankwikstaarten kunnen waarnemen die bij de schapen samen met Roodkeelpiepers rondliepen. Op de pannen zelf zag je ook enkele Zwarte Ibissen staan.
De Ezels die daar rondliepen
Daarna ben ik het pad opgegaan dat langs de Griel loopt, en inderdaad er zat deze keer nog 1 Griel op het ”Grielenveldje” zoals ik dat dan maar noem. Dit pad kun je helemaal uitrijden tot het dorp zag ik in het boekje staan, dus dat deed ik deze keer voor het eerst. Onderweg zag ik de eerste Zwartkopgors eindelijk. In de verte zag ik op een draad nog een Roodpootvalk zitten. Het pad is hier en daar heel smal, daar kan slechts 1 auto langs. Bij de doorwaadplaats in de rivier waar je met de auto over kunt steken hoorde ik Grote Karekieten, naast de Oostelijke vale spotvogels, Nachtgalen en Cetti’s zangers. In de rivier zelf stonden nog twee Regenwulpen.
Doorwaadplaats rivier
Bij het voorzichtig passeren van een auto hoorde ik door de open ramen iemand roerpen “hé, bekend gezicht!” Mij ging niet direct een lichtje branden, wij met zonnebrillen en petjes e.d. op, dan kijk je toch even anders tegen personen aan. Hij vroeg “waar kom je vandaan?” Toen ik Groningen zei waren we er snel uit, het bleek Emo Klunder te zijn, die hier nu zijn pensioendagen slijt in het voorjaar. Lekker hoor! Hij was er al voor het 7e jaar zei die. De Zwartkopgors was eigenlijk net aan het binnenkomen zei hij ook, dus dat ik er net pas voor de eerste keer eentje zag klopte wel. De dagen erna heb ik er inderdaad op verschillende plekken meerdere waargenomen iedere dag.
In het dorp Skala Kalloni nog even voor de tweede keer bij het schoolplein bij de bomen gekeken om de Dwergooruil te ontdekken, maar kon die niet vinden helaas, terwijl dit de plek moet zijn om hem te zien. Al meerdere mensen hadden hem gezien deze week.
Petri en Molyvos
Na het ontbijt besloten we weer richting Petri en Molyvos te gaan, ditmaal met het doel om een bootje te huren en het water op te gaan, dat wilden de jongens graag doen.
Eerst langs de kust van Petri gekeken, maar daar viel weinig te huren, we moesten maar eens in Molyvos kijken zeiden ze. Je kon hier alleen mee met een groepsexcursie voor 55 of 85 euro per persoon voor een halve of hele dag. Dit dorp zal in de zomer wel aardig toeristisch zijn denk ik, zo te zien aan het aantal restaurants en dito strandstoelen, maar ze waren nog volop in opbouw nu. Van drukte was nog totaal geen sprake, heel weinig toeristen. Ook in de haven van Petri richting Molyvos hadden ze geen bootje te huur.
Onderweg nog wel even het hoofd uit het raam gestoken en zag nog een zingende Ruppels Grasmus en een Oostelijke Blonde Tapuit in de gauwigheid.
Bij Molyvos aangekomen moet je helemaal het dorp doorrijden en eerst omhoog rijden en halverwege daalt de weg dan weer richting havenniveau. Het gratis parkeerplaatsje is nog wel even een uitdaging voor menig automobilist. Het is stijl, erg krap en heeft 2 haakse bochten en of dat nog niet genoeg is zetten ze er ook nog even een paar auto’s naast. Je moet het allemaal in een ruk doen, anders is de kans groot dat je ergens tegenaan zit. Nu begrijp ik ook dat er bijna geen Griekse auto rondrijd zonder deuken of krassen of wat ook.
De nauwe straatjes van Molyvos
Maar we hadden het gered, we zetten de auto neer naast de andere die er ook was gekomen en liepen naar de haven toe. Hier was ook niet erg veel verhuur en ook hetzelfde bedrijf met alleen die excursie, maar dat wilden we niet. We informeerden even en hij gaf me nog een adres halverwege de dorpsweg waar we net doorkwamen, dat was de enige die bootjes zou verhuren. Maar we hadden pech, tot en met de volgende woensdag was zijn bootje (hij had er momenteel maar eentje) al verhuurd. Maar na lang nadenken wist hij nog wel een schipper die in de haven een bootje had liggen en die belde hij. Voor vandaag was hij al bezet en onderweg op het water, maar morgen kon het wel. Na kort overleggen besloten we het voor morgen te regelen. Als het kon tegen 10 uur, maar liever niet veel later. Aardige man dat hij dat even voor ons regelde!
Terras van het Sea Horse Hotel
Op het terras van Sea Horse Hotel aten we nog even een lekker ijsje en kwamen we met de eigenaar in gesprek, een hele aardige man ook en hij vertelde honderduit. Hij had ook alle tijd want het was totaal niet druk in de haven, terwijl het een prachtige plek is. Hij is de laatste jaren aan het overleven zegt hij, na de crisis en de vluchtelingen ging het zeer slecht met de toeristen die er tot dan kwamen. Hij hoopte dat het dit jaar weer beter gaat worden, zodat zij ook hun bestaan kunnen voortzetten.
Gebied 14: Skala Sikamineas - Molyvos
We reden via een mooie weg door de bergen naar Skala Sykaminia, daar zou een mooi strand zijn, we hadden de zwemspullen bij ons. Vanuit Skala Sykaminia reden we vervolgens langs de kust, maar dit strandje was ook te veel steen en wilden de jongens niet zwemmen. Verder rijdend zouden we er nog een tegen komen, maar ik had er inmiddels een hard hoofd in of we überhaupt nog wel in zee zouden gaan zwemmen. Het weggetje is op zich mooi; aan de overkant kun je goed Turkije zien liggen. De weg is zo’n 15 kilometer lang en de kortste afstand tot Turkije is hier ca. 10 km over de zee. Deze weg en deze kust is dan ook vanaf 2015 het toneel geweest van veel vluchtelingen die hier aan land kwamen met alle bekende ellende van dien. De vluchtelingen worden daarna doorgebracht naar de hoofdstad Mytilene waar opvangkampen zijn. Op dit moment was er niets van te merken op twee stille getuigen na, 2 bootjes die op het droge lagen.
scheepswrakken, stille getuigen van de vluchtelingen die hier zijn overgestoken.
We kwamen ook slechts 1 auto tegen over die 15 kilometer, veel toeristen zal je hier niet aantreffen. Op het water lag nog een grote boot van de Griekse kustwacht. Rijdend langs de waterkant klom de weg het volgende moment weer omhoog. Boven op de hoogte kon je eigenlijk met een verrekijker goed de Turkse kust zien liggen en vrijwel alles zien wat zich op het water begaf. Er was niet veel te zien in ieder geval, alleen een kano ging hier te water en voer richting die kustwachtboot.
Een boot van de Griekse Kustwacht
Op meerder plekken zag ik wel grote groepen zeevogels, vooral Yelkouan Pijlstormvogels. De meeuwen die langs de kust zweven zijn voornamelijk Geelpootmeeuwen en af en toe een Audouins meeuw.
Langs deze route hoorde en zag ik o.a. Nachtegalen en Oostelijke Blonde tapuiten, Roodkopklauwier, zomertortel, Zwartkopgors en Oostelijke Orpheusgrasmus.
Yelkouan Pijlstormvogels dobberen op volle zee
gebied 3: Zoutpannen van Kalloni
We waren op tijd terug bij het hotel, en de rest van het gezin nestelde zich aan het zwembad. Ik trok er nog maar even op uit. Tussen 15:00 uur en 19:00 uur had ik nog wat bij de zoutpannen van Kalloni gekeken, daar is altijd wel wat te zien.
Bosruiter |
Ralreiger |
Zwartkopgors |
Vanaf het dorp ben ik naar de Zoutpannen gereden over het onverharde pad. Al snel zag ik weer een Zwartkopgors zingen. Een Arendbuizerd vloog over me heen. Ook 1 Griel zat nog weer op zijn veldje. Boven een veldje vlogen de hele tijd een paar Lachsterns. Een Zwarte Ooievaar liet zich even bekijken maar koos er weer voor om toch even wat verderop neer te strijken. Langs de waterkant zag ik nog een Ralreiger lopen en een Purperreiger door het hoge gras op het dijkje schuifelen.
zingende Zwartkopgors
Lachstern |
Purperreiger |
Ik ben daarna weer naar de grote weg gereden en als je die een stuk afrijdt tot aan het eind van de zoutpannen staat daar ook nog een kijkhut op de hoek. Ik was daar alleen.
Zoutpannen gezien vanaf de kijkhut einde zoutpannen langs de doorgaande weg
Toen ik er gisteren langsreed zag ik Zwarte Ibissen zitten, maar nu waren ze er niet. Maar toen ik de telescoop pakte om de vogelkijkhut in te gaan kwam er net een groep van 11 Zwarte Ibissen aanvliegen, die telkens de landing wilden inzetten. Ze draaiden maar rondjes, maar wilden niet neerstrijken helaas, ondanks dat ik er al was bij gaan zitten om zo veel mogelijk in de omgeving op te gaan. Uiteindelijk vlogen ze er weer vandoor.
De rondvliegende Zwarte Ibissen, die maar niet de landing wilden inzetten
gebied 5: Mesa
Nog een paar kilometer verder bij gebied 5: Mesa ligt links van de snelweg (weg 36) net na de afslag naar rechts, waar je dan niet in moet, maar nog even een paar honderd meter door moet rijden en dan links een parallelweggetje inrijden, waar een klein moerassig stukje op het eind ligt. Een van de andere vogelaars van het hotel zei dat het hier stikte van de Ralreigers. Toen hij erlangs liep gisteren had hij er zeker 11 geteld. Ik telde er welgeteld maar één. Zo zie je maar dat de ene dag de andere niet is en je altijd wat anders kunt verwachten.
Terug naar het dorp nog een Kleine Klapekster(zie foto eerder op de pagina) op een hooibaal, een Grauwe Klauwier en wederom de Zwartkopgors; dit zal wel dezelfde zijn als op de heenweg.
's avonds in het dorp lagen de kleurijke bootjes rustig op de ondergaande zon te wachten, terwijl wij een gezellig restaurantje uitzochten om te eten.
Zaterdag 28 april
Grauwe Gors in ochtendgloren |
Vandaag staat het boottochtje naar “konijneneiland” op het programma. We hadden rond 10:15 afgesproken in de haven van Molyvos, dus ik beloofde om 8:45 op tijd terug te zijn.
gebied 2:Tsiknias-rivier
De ochtend begonnen vanaf het dorp naar de rivier en dan langs de Tsiknias-rivier rijdend. Bij de overgangsplaats ging ik eerst rechtsaf en kwam op een boerenerf uit waar je niet langs mocht. Terug bij de rivier even naar de monding gelopen. Grote Karekieten en een Rietzanger lieten zich goed horen. Op het eind zaten nog een paar Bontbekplevieren.
Ook uit de vele bosschages die inmiddels middenin de rivier welig groeiden de zang van de Oostelijke Orpheusspotvogel, Nachtegaal en Cetti’s zanger. In de rivier zelf liepen een aantal Bosruiters. In de bomen zingende Grauwe Gors en Zwartkopgors terwijl de zon nog moet opkomen.
Vanuit de verte hoorde ik al belletjes en een motor, een schaaapskudde werd begeleid naar de velden bij de zoutpannen, daar waar zich later dan de Roodkeelpiepers en Balkan Kwikstaarten bij hun voegen. De jonge man op de motor trok af en toe de gashendel even open om de schapen in beweging te houden.
De schapen opgejaagd door de man op motor op weg naar de grazige weiden
gebied 15: Platania
Ik was op weg naar gebied 15: Platania. Dit is dé plek voor de Griekse Spotvogel.
Als je het dorp Napi uitrijdt (vanaf het bord) is het volgens het boekje 5,6 km rijden waar je in een scherpe bocht naar rechts, een nog scherpere bocht een grindpad op moet, dat klopt aardig. Voor de rest had je aan het kaartje niet zo veel, helaas, daar kon je niet op rijden kwam ik wel achter.
Al vroeg in de ochtend zochten de schapen de schaduw op onder een fraaie olijfboom
Al na 200 meter zag ik de eerste Rouwmees voorbijkomen, ik denk er zeker wel 10 te hebben gezien, vooral in het eerste deel van dit pad. Bij een schapenhutje parkeerde ik mijn auto maar even en stapte hier uit. Het was echt een prachtig gebied hier. Ik zag al snel weer Rouwmezen, Roodkopklauwieren en Maskerklauwieren. Deze laatste kreeg ik maar niet goed op de foto, die liet zich moeilijk van dichterbij benaderen. Oostelijke Blonde Tapuiten zag je hier ook veel. Deze soort zag je overigens overal zo’n beetje op Lesbos, hij viel ook wel op natuurlijk, dat zwart-wit.
Na een kwartier hoorde ik een auto aankomen rijden, ik kon mijn auto niet zien omdat de weg met een bocht liep. Ik liep toch maar even terug, en jawel hoor, laat dat nou net die schapenboer zijn die ik in de weg stond. Ik verontschuldigde me en hij nam het sportief op en ik reed een stukje verder waar ik alweer een Maskerklauwier en Rouwmees zag.
Biotoop waar o.a. de Maskerklauwier, Roodkopklauwier en Oostelijke Bonte Tapuit zich goed thuis voelen
Ik reed langzaam verder en stopte af en toe even. Het eerste gedeelte tot aan het dennenbos ongeveer was wel het mooiste stukje. In het bos liepen wat paarden, schapen en koeien los rond. Hier hoorde en zag ik ook Zwarte Mezen en een Gekraagde Roodstaart. Ik heb zeker 4 Roodkopklauwieren en 6 Maskerklauwieren gezien, maar de Griekse Spotvogel heeft zich niet laten zien of horen. Een Hop liet zich nog wel even heel erg snel zien en horen. Boven de top cirkelde nog een Arendbuizerd.
De vrij loslopende paarden in het bosgebied
De weg kwijt!
Het was inmiddels 8:20 en ik moest zien dat ik ergens richting een weg kwam. De tijd tikte en ik reed het ene naar het andere pad in maar het werd steeds slechter. Ze moesten eens weten wat er met de huurauto gebeurde hier ????. Ik besefte dat ik 8:45 nooit meer ging halen, dus dat was balen! Ik kwam op een splitsing met twee borden en koos natuurlijk de verkeerde. De weg werd steeds onbegaanbaarder voor een gewone auto. Ik moest af en toe uitstappen om te kijken hoe ik verder moest en soms een paar keien opzij gooien of juist neerleggen om een gat te overbruggen. Achteruitgaan bergop was al helemaal lastig omdat je dan niets zag.
Arendbuizerd |
Raaf |
Maskerklauwier |
Ik raak niet snel in paniek, maar zag toch wel een groot probleem opdoemen. Ik belde eerst Karin maar even om te vertellen dat ik “iets” later zou komen dan afgesproken en dat ze alvast maar moesten gaan ontbijten. Gelukkig was Karin zo slim geweest om meteen ook de schipper op de hoogte te stellen dat haar “stupid husband is lost in the mountains”. Hij moest er erg om lachten en zei: “Alright than I take another cup of coffee”.
Maar ondertussen bonkten de stenen onder de auto door, ik wist het even niet meer. Ik pakte de telefoon en zette Google Maps maar eens aan. Die deed het gelukkig en zei waar ik heen moest. Echter er was een probleem: er stond daar zo’n pickup midden op het pad met de radio aan en geen schaapherder te bekennen.
Dus hetzelfde zware pad maar weer terug en de andere kant om de berg heen. Ik zat hier vrij hoog en zag de zee wel, maar dat was aan de verkeerde kant van het eiland en een dorp was al helemaal nergens te bekennen; daar is immers een betere weg. Voor vogels kijken had ik het laatste half uur al helemaal geen tijd meer, maar juist toen deed zich een moment voor dat ik niet snel zal vergeten.
Op het moment dat ik even stilstond om te kijken hoe ik over een paar rotsblokjes moest zonder de auto pijn te doen, fladderde er een Hop recht voor de auto langs en ging naast mij zitten in een boom op slechts een paar meter afstand en met de kuif recht omhoog. De fotocamera en verrekijker lagen op de stoel naast me, maar de riemen zaten nou net op dat moment wat in elkaar. Je raadt het al net toen ik de camera zo ver had vloog die weg, shit@! Zo mooi krijg je die niet snel weer in beeld.
O ja, ik was in paniek en moest naar het hotel toe. Bij die verkeerde afslag ging ik nu de andere weg in en al snel werd het pad dubbel zo breed en kon ik gas geven. Mijn hartslag van de stress en de Hop daalde weer een beetje en ik zat op de goede weg gelukkig.
Komende vanuit Ag. Paraskevi/Napi had je een mooi overzicht over de zoutpannen
Uiteindelijk kwam ik een uur later bij het Hotel aan: 9:45.
Snel een paar plakken brood met kaas achterover gewerkt en een kop koffie en tegen 10:45 waren we bij de schipper, die verder niet moeilijk deed gelukkig na mijn duizendmaal excuses.
Boottocht naar Konijneneiland
Konijneneiland met middenop het kapelletje, wij meerden aan de achterkant van dit eiland aan
Onderweg in het bootje was de schipper goed gehumeurd. Ik vroeg hem of hij hiervan rond kon komen. Hij zei dat als we werden aangehouden hij een vriendenuitstapje met ons maakte. Dit jaar vaart hij min of meer illegaal zei hij, omdat hij anders van de opbrengst bijna 75% kwijt is aan belastingen en verzekeringen, en het voor hen de laatste 3 jaar al min of meer overleven is. Als dat percentage klopt kan ik me daar wel iets bij voorstellen wat zou jij doen in zo’n situatie? Ik denk dat ik ook zou doen wat hij deed.
De Olifantenrots
Hij voer nog even onder de kust door waar we aan de bovenkant hebben staan kijken naar de Rüppels Grasmussen. En hij liet nog even een rots zien die op een olifant lijkt. De eend met jongen die er gisteren zwom was er niet.
Vanaf de zeekant keken we nu naar boven daar waar de Rüppels Grasmussen zitten, onder dat gebouw loopt de weg waarlangs we eerder deze week liepen
Op de vraag waarom het eigenlijk “Konijneneiland” heette kregen we een vaag antwoord, iets van dat iemand de konijnen daar voerde en water gaf; het klonk niet erg plausibel allemaal. Als ik thuis even op internet kijk kom ik toch iets tegen van die strekking, dat iemand daar een paar konijnen opnieuw heeft losgelaten nadat de vorige populatie na vrijlating was bejaagd en uitgestorven. : https://www.dimrost.nl/WordPress/lesvos-lesbos/rabbit-island Het eiland heet dan ook “The Island of Saint George” waar die kapel dan ook voor neergezet is.
Bij het eilandje aangekomen hielp Finn even mee bij het aanmeren. De schipper was als de dood dat hij daar tegen een steen van de steiger aan zou botsen met als gevolg een gat in de boot of zwaar beschadigd, maar het ging goed.
Er was een klein strandje met een hutje aanwezig. Deed een beetje denken aan een provisorisch in elkaar gezet onderkomen van “Expeditie Robinson”. Hier worden dan ook in het hoogseizoen door meerdere bedrijfjes bbq’s aangeboden met een minicruise.
Volgens de schipper konden we naar boven lopen en was er aan de andere kant een kapelletje aanwezig. Karin en ik deden een poging. Er liep wel een pad gemaakt van stenen, maar dat was compleet overwoekerd door allemaal distels van een meter en hoger. Los hiervan waren de andere bewoners, de Geelpootmeeuwen, al evenmin blij dat we daar liepen. Ik werd tot twee keer toe geraakt op mijn hoofd door zo’n duikvlucht van een meeuw met een hoop kabaal. Je schrikt je rot.
Geelpootmeeuw
Het eiland is compleet een broedkolonie van de Geelpootmeeuwen, het is dus ook helemaal niet verstandig en wenselijk om door te lopen en we gingen dan maar weer snel rechtsomkeer. Dit moeten ze gewoon verbieden om er rond te gaan lopen, dat strandje kan wel op zich, om er te snorkelen of zwemmen, maar het eiland zou je niet op moeten kunnen in het voorjaar.
Naast de Geelpootmeeuwen zag ik er ook wel redelijk veel Alpengierzwaluwen rondvliegen rond de kliffen. Er zaten ook Aalscholvers, 1 Witte Kwikstaart kwam ik tegen en er vlogen hier Kauwtjes rond die ik verder nergens heb gezien op Lesbos.
Geelpootmeeuw en Geelpootmeeuw met jong aan strand
We gingen maar even zwemmen, het water was nog niet echt warm, en de Grieken zelf vinden het water nu ronduit koud. Maar goed, we zetten door en als je er een keer door bent wil het wel. Ik moest van de schipper zo’n 10 meter achter de boot maar even duiken met een duikbril op en kijken of ik een octopus kon zien. Die zaten daar in de gaten zei de schipper, maar je zag alleen een groot oog. Helaas vond ik er geen.
Na twee uurtjes stapten we weer op de boot en voeren terug richting Molyvos. We voeren nu tegen de wind in en het water was iets onstuimiger en we kregen regelmatig een plens zeewater om de oren.
Zo halverwege zaten er ook weer veel van die Yelkouan Pijlstormvogels op het water voor ons en die “keilden” iedere keer even een stukje verder, zo net boven de golven, mooi om te zien.
Yelkouan Pijlstormvogels met op de achtergrond Molyvos
Om een uur of twee waren we weer in Molyvos en hebben nog even een lekkere lunch genoten bij Hotel Sea Horse aan de haven, waar we gisteren ook waren; dat hadden we toen beloofd om bij hem te komen lunchen.
Molyvos vanuit het bootje op zee gezien
Enkele bewegende beelden van het boottochtje naar konijneneiland
‘s Middags nog even weer een poging ondernomen om de Dwergooruil te spotten bij het schooltje of het voetbalveld, maar helaas ook vandaag was die niet aanwezig, althans ik kon hem niet vinden.
Zondag 29 april
gebied 3: Zoutpannen van Kalloni
In de ochtend ging ik wederom alleen op pad naar de zoutpannen van Kalloni.
Onderweg langs de landweg Zwartkopgors weer mooi zingend en nog een paar Gaaien; dat is hier een ondersoort met een donker petje als belangrijkste verschil met onze Gaaien. Er zat wel een Grauwe Klauwier en een Kleine Klapekster langs het pad. De Grielen zag ik deze keer niet meer op het “Grielenveldje”. Er vloog wel een Bruine Kiekendief rond boven de velden.
Grauwe Klauwier |
Roodkeelpieper |
Zwartkopgors |
Langs de waterkant liepen veel steltlopers, o.a. Bosruiters en Kemphanen lieten zich vanaf een paar meter mooi bekijken.
Kemphanen
Ik kwam al snel Emo Klunder weer tegen en samen zijn we even achter tegen de zeekant gaan rondlopen om te kijken of we mogelijk een Rosse Waaierstaart konden vinden. Maar jammer genoeg zat die er niet. We stuitten wel op een aanwezige Duinpieper.
Terug naar de zoutpannen kom je langs een moerassig gebiedje. Emo was al eerder weggereden, maar hield mij aan toen ik erlangs kwam en er stond al een 10-tal mensen te kijken. Er zaten daar 3 Poelruiters bij elkaar. Ja die moest ik natuurlijk wel even zien. Naast deze mooie soort zaten er ook Krombekstrandlopers, Kleine Strandlopers en Temmmincksstrandlopers. Op een veldje met schapen liepen ook een tiental Roodkeelpiepers.
Links in beeld liepen drie Poelruiters, helaas niet scherp in beeld, meer een bewijsplaatje dus :-)
Bij de zoutpannen zelf streek nog een Zwarte Ooievaar neer en zaten ook zwarte Ibissen. Op een zandplaatje zaten nog weer een aantal Lachsterns, niet ver van de eerste kijkhut vanaf de weg gezien. Toen ik daar stond te kijken naar de Lachtsterns streken er ook 4 Lepelaars neer.
Lachsterns op hun favoriete stekje waar je ze de hele week vaak kon zien zitten
De vier Lepelaars hadden zich links bij de Flamingo's gevoegd
Terugrijdend langs de rivier hoorde je overal de oostelijke Orpheus spotvogels en in de rivier zelf zat nog een Bontbekplevier en een Strandplevier.
gebied 15: Platania
Na het ontbijt en even gerelaxt te hebben zijn Karin en ik nog even weer op pad geweest. Ik wou nog wel een keer bij Platania (gebied 15) kijken, daar waar ik gisteren compleet de weg kwijt was ????, maar dan nu even wat rustiger. De jongens bleven bij het hotel en het dorp om te chillen zoals ze dat noemen.
Vanuit het dorp Skala Kalloni nog even via de landweg en langs de rivier gereden om van daaruit naar Platania te gaan.
Olijfoliemuseum
In het dorpje Agias Paraskevi, hebben we nog even een bezoekje gebracht aan het Olijfolie museum. Het leek akelig dicht te zijn, maar er zaten toch twee mensen in een hokje om kaartjes te verkopen. We waren dan ook eerst de enigen daar. Toen we net 10 minuten binnen waren kwam er een bus vol scholieren aan; die werden zo’n beetje een zaal binnengedreven door een niet al te aardige meneer die ze begeleidde. Ze moesten eerst een film bekijken voordat ze werden losgelaten in het museum. Dat gaf ons net even de tijd om rustig rond te lopen.
Toch leuk om te zien hoe de geschiedenis van de Olijf in elkaar steekt en dat er meer achter zit dan alleen een vruchtje dat je eet. Vroeger leefden daar hele communes op de handel in de olijven en olie e.d. Op de hoge schoorsteen zaten Ooievaars op een nest.
olijfpersen, olieaftap en olijfoliekruiken
Onderweg bij Napi vloog nog een Purperreiger door het dal, en een Arendbuizerd ging iets verderop de hoogte in.
In het eerste gedeelte van het gebied waar het gisterochtend wemelde van de vogels was het nu vrij rustig. Het uur van de dag maakt dus wel zeker uit. Ook nog in het eerste stuk zagen we twee vogelaars die ergens naar stonden te kijken. Iets verder zetten we de auto ook even neer en hoorden hier meteen al de Griekse spotvogels zingen. Er zaten er zeker drie, waarvan we er eentje even kort konden zien; verder waren ze moeilijk te ontdekken en heel erg beweeglijk.
Ik liep even naar de vogelaars toe, Nederlanders ook. Zij stonden er al even, maar het was hun ook nog niet gelukt een goede foto te maken van de Griekse Spotvogel.
Verder zagen we nu slechts 1 Rouwmees, Roodkopklauwier, oostelijke blonde Tapuit en twee Maskerklauwieren.
Met behulp van het kaartje in het boek verdwaal je hopeloos, dus met de papieren kaart en google maps konden we deze keer wel het goede pad volgen, hoewel je ook nog wel af en toe goed moest kijken of je wel het juiste pad nam. Aan het einde van de weg net voordat je de Zoutvlakten bereikte zaten ook Ooievaars, dit maal op een silo.
Links de Ooievaars op de schoorsteen van het Olijfmuseum, rechts op een bouwsilo
Langs de zoutpannen zien we nog wat steltlopers, waaronder Bosruiters. Twee daarvan waren duidelijk bezig hun terrirorium af te bakenen en liepen haast spiegelend naast elkaar.
Bosruiter |
twee Bosruiters bakenen territorium af |
Maskerklauwier in Platania |
Bij de Doorwaadplaatst in de rivier voor de auto's zaten nog een paar schilpadden langs de kant. Op de oevers bloeiden de Klaprozen weeldig!
‘s Avonds zochten we weer een restaurantje op in Skala Kalloni. Hier kun je goed eten voor een redelijke prijs en heb je keuze uit meerdere restaurants. Eerder van de week hadden we ook rondgelopen in Kalloni zelf, maar hier geen fatsoenlijk restaurantje kunnen vinden en toen kwamen we ook wel weer hier terecht.
Een ding waar je hier aan moet wennen is dat je nooit alleen zit te eten. Op het moment dat de borden met eten komen heb je zonder uitzondering katten en honden naast je zitten of onder tafel. De ene keer zitten de katten en honden gebroederlijk bij elkaar, de volgende keer jagen vooral de honden achter de katten aan, dat kan ook nog per restaurant verschillend zijn. Nog een ander iets wat bijzonder is, je hoeft hier nooit een toetje te bestellen, want overal krijg je een gratis toetje zonder dat je erom vraagt. De mensen zijn altijd vriendelijk en beleefd, eten is dus altijd leuk hier!
Maandag 30 april
gebied 4: Meer van Metochi en omgeving
Karin ging er deze ochtend ook even vroeger uit om de zonsopkomst mee te maken, zie de mooie foto hieronder!
Vandaag al weer de laatste dag helaas ☹. Ik stond weer om 6 uur op en besloot nog een keer naar Metochi te gaan, daar waar de Klein Waterhoentjes zitten.
Deze keer wist ik de weg beter, dus reed ik er zo heen. Het was er vrij rustig nu, minder mensen dan eerder deze week. Ik zocht een goed plekje uit en besloot daar maar een tijdje te blijven staan en te wachten wat er ging gebeuren. Voor me zat een andere vogelaar op de grond en achter me stond er een ander die met de fiets was gekomen.
Echter na een half uurtje ging ik toch maar ergens anders staan, die twee mensen zaten de hele tijd maar te praten, best gezellig, maar dan komt die Klein Waterhoen natuurlijk nooit tevoorschijn vlak voor je.
Klein Waterhoen
Op de nieuwe plek stond ik met nog een andere man, en we bleven goed stil en dat pakte heel goed uit. Vlak voor ons kwam meerdere keren een Klein Waterhoen uit de dekking en liet zich goed bekijken. Een andere fotograaf die de hele tijd langs het water heen en weer liep gooide af en toe roet in het eten omdat zij te dichtbij kwam terwijl ze de grootste toeter had van alle drie. Als je er dan nog op een meter afstand van wilt staan dan verstoor je het telkens. Dat is iets wat ik dan niet snap. Met geduld komt die vanzelf tevoorschijn, alleen dat hebben ze dan niet.
Klein Waterhoen alive
Verder zaten er nog Ralreigers en Woudapen en een Grote Karekiet zong lekker door, naast de Cetti’s zangers en Nachtegalen. Ook hoorde je de hele tijd wel een Hop roepen en zat er aan de overkant een Roodkopklauwier in een boompje. Op het plasje zaten nog Dodaars, Waterhoen en Meerkoet.
Ralreiger |
Klein Waterhoen |
Woudaap |
Ik vroeg 1,5 uur later even aan de andere man die daar nog steeds zat of er nog iets was langsgekomen bij hem voor de lens, en hij zei helaas niet. Gelukkig had ik meer geluk dus ????. Net toen ik weg wou lopen attendeerde iemand ons nog op een overvliegende Bijeneter. Heb ik die dus nog net mee kunnen krijgen op de laatste dag!
Afscheid:
Na het ontbijt en vervolgens inpakken van onze koffers namen we afscheid van het personeel en gaf ik de schoonmaakster nog even een goede fooi voor het feit dat ze onze twee kamers iedere dag netjes maakte. Ze nam het in dankbaarheid aan, maar kende geen Engels, op “Good morning” na dan iedere ochtend als we haar tegenkwamen. Ze kunnen het best gebruiken hier, want zo goed zullen de lonen ook wel niet liggen hier en voor ons maakt het in verhouding met wat de vakantie kost niet zo veel uit, dus kunnen we het wel missen.
Het hotel waar we in verbleven: AEGEON HOTEL
We reden eerst nog voor de laatste keer langs de Dwergooruil. Ik wist nu welke boom ik precies moest hebben, maar ja, ook nu helaas niet thuis. Dat hoorde ik ook al van de Brabantse man die het me vertelde dat die er de laatste twee dagen al niet meer zat. Hij zelf had behoorlijke pech, hij was al een paar dagen ziek in het hotel achtergebleven terwijl de rest op pad ging. 2 dagen maar vogels gekeken voor hem, en ook zij gingen vandaag terug naar Nederland.
gebied 6 Vouvaris-Rivier
Bijeneter |
Daarna langs het riviertje gegaan bij gebied 6 Vouvaris-Rivier waar Morris de schilpadden wel graag wou zien. En die zaten er ook inderdaad. De auto hadden we nu op het graslandje gezet voor het eerste stenen bruggetje, van hieruit loop je zo naar de riviermonding toe. Terwijl de rest de rivier volgde richting het bruggetje waar zich reeds twee busjes vol Nederlanders hadden geposteerd ging ik de andere kant op en volgde de rivier naar de monding met de zee. Twee andere vrouwen waren vooral libellen en vlinders aan het fotograferen. Een van hen was hier 10 jaar geleden geweest en toen barste het volgens haar van de verschillende gorzen, maar nu zat er niets, op een paar vinkjes en een Nachtegaal na dan.
Ook bij de monding zat niets. Ik was voor mijn gevoel al even weg en spoedde me door het gras naar de weg toe en zette de pas er maar even in, maar dat duurde niet lang tot ik een bekend geluid hoorde! Het waren de Bijeneters! En al snel zag ik ze, een stuk of 10 wel, ze gingen even terug in de boompjes zitten, dus ik maar weer terug hoewel ik eigenlijk naar de auto terug moest voor mijn gevoel. Een hele goede foto kon ik niet maken want er zat net nog een ander bosje voor, wat verhinderde om ze scherp in beeld te krijgen. Ze vlogen nog een paar keer rond en verdwenen net zo snel weer als ze waren aangekomen. Daarna maar wat joggend naar de auto toe, ik was net op tijd. Pfff ze kwamen net bij het riviertje vandaan en ze hebben dus gelukkig niet hoeven zitten wachten. Morris had nog wel zo’n mooie groene Reuzensmaragdhagedis ontdekt.
gebied 16: berg Olympus
We reden nu richting de berg Olympus. Middenin het bosgebied waar we doorheen reden kwamen we nog door een nat valleitje en daar schroefde zich nog een Zwarte Ooievaar omhoog en verdween langzaam uit beeld. Bij de Olympus zelf langs een dal nog 2 Kleine Torenvalkjes en een Raaf. De berg zelf is niet even toegankelijk. Volgens het boekje kun je vanuit het dorp Agiasos vanuit de zuidkant van het dorp een wandeling volgen (bordje geel mannetje) door het bos naar de Olympus.
Olijfboomgaard onderweg
Het zou best een leuke wandeling zijn, maar met alle bagage in de auto en op weg naar het vliegveld deden we dit maar niet. We reden maar door naar Mytilini want Karin en Finn wilden ook nog wel eventjes in de hoofdstad kijken.
Zoekend naar een gelegenheid om even te lunchen reden we nog langs een viskwekerij, waar duikers bezig waren met de inspectie van de bassains aan de buitenkant.
De viskwekerij
Onderweg naar de hoofdstad nog even in de haven van Skala Loutron geluncht, er was daar geen toerist te bekennen. Op het terras was meer niet dan wel te krijgen, maar uiteindelijk hadden we allemaal iets van de kaart kunnen bestellen gelukkig. Er lag daar ook een boot van Sea Watch uit Berlijn, die helpen de vluchtelingen ook als dat nodig is.
Een terras aan de haven van Skala Loutron
In de hoofdstad aangekomen was het even zoeken naar het centrum. Ik had hen uitgezet bij de haven en wou zelf de auto niet onbeheerd op een parkeerplaats achterlaten met alles erin. Op de kaart zocht ik een plaatsje uit om daar even heen te rijden en te kijken wellicht. Ik reed eerst langs de haven en zag ook dat ik hen beter iets verder had kunnen afzetten in het “echte” centrum waar ik doorheen reed. Zelf kwam ik aan de achterkant van een kasteel uit en belandde op een doodlopende weg langs het water, waar je wel steeds meer vluchtelingen zag rondlopen. Er stond daar ook het bronzen vrijheidsbeeld van Mytilini.
Kasteel/Burcht Mytilini
Vrijheidsbeeld Mytilini |
Terug naar het centrum en toen wel de goed afslag genomen, reed ik via weg 36 waar we vandaan kwamen een stuk terug tot ik de afslag Moria tegenkwam en ging daarnaartoe.
Waar je eigenlijk op het hele eiland niets van mee krijgt, zag ik nu omdat ik via de weg langs het vluchtelingenkamp reed. Ik schrok wel even, het is net een gevangenis met hekken en prikkeldraad erop en wachttorens in de hoeken. Wat me nog wel het meest verbaasde was dat er net zo veel mensen aan de buitenkant van de hekken verbleven. Je zag enkele tentjes staan en honderden mensen hingen er rond of liepen langs de weg die naar de hoofdstad gaat. Vanaf eind april hoeven vluchtelingen niet meer op het eiland te blijven. Althans, dat geldt voor de nieuwe gevallen. Zij mogen naar de vaste wal van Griekenland. Dit om de druk die er toch al op staat te verkleinen voor het eiland. Hopelijk komt er voor de vluchtelingen die er al zaten nu ook eens een goede oplossing. Wat dat betreft vind ik dat de Europese Unie zich moet schamen dat de mensen min of meer aan hun lot worden overgelaten.
Toen ik weer terug in het centrum was, raakte ik een beetje verdwaald in die kleine nauwe straatjes met eenrchtingsverkeer. Telkens reed ik een andere kant of omhoog of weer de stad uit. Op het moment dat ik Karin maar even belde reed ik net toevallig weer naar de haven toe.
ik pikte hun op bij de haven op de afgesproken plek en reden naar het vliegveld toe.
Door al dat gedwaal was ik helemaal vergeten om bij te tanken, we moesten hem half vol weer afleveren zoals we hem ook kregen.
De haven van Mytilini waar de grote veerboten aanmeren
Op een gegeven monent waren we al bij het vliegveld, maar daar was geen benzinepomp te bekennen. Een voordeel we waren nog mooi op tijd.Een nadeel we moesten helemaal 15 kilometer weer terug naar de stad naar de eerste benzinepomp aldaar. Karin zat al wat te mopperen waarom dat nou weer zo moest op het laatste moment. Nou gewoon omdat dat altijd zo gaat, dat is een gegeven, er gebeurt bijna altijd iets onverwachts op het laatste moment, maar het komt net altijd weer goed :-)
We leverden de auto af aan de man van het verhuurbedrijf, hij liep een rondje om de auto en zei dat alles in orde was.
Nog even wat rondgehangen bij het vliegveld voordat we in het vliegtuig konden stappen en vlogen daarna terug naar Amsterdam.
En zo eindigde deze korte mooie vakantie in het voorjaar van 2018.
Conclusie
De voorbereiding op dit reisje was erg kort. Ik wou ook eerst helemaal niet weg, maar door toeval las ik een reisverslagje van de Griekse eilanden Kos en Nissyros omdat ik bezig was de Avifauna Groningen website in een nieuw jasje te steken.
Daarbij kwam dat de andere gezinsleden wel een weekje weg wilden, nou 1 en 1 is toen 2 geworden.
Alleen is het toen wel Lesbos geworden omdat ik daar meer enthousiaste verhalen van had gelezen en het een toplocatie is voor vogels kijken in het voorjaar.
Het was de eerste keer voor ons in Griekenland en vast niet de laatste. In het voorjaar is de temperatuur goed te noemen, normaal rond een graad of 20, maar wij hadden mazzel, het was iedere dag haast tussen de 25 en 28.
Alles is nog groen, het toerisme is nog niet echt op gang gekomen op vogelaars na dan en om veel vogels te zien is dit eiland uitermate geschikt. Ik vond het over het algemeen wel veel bergachtiger dan dat ik van te voren gedacht had.
De Grieken zelf zijn ook erg aardig, dat ze met al die ellende van de laatste jaren (crisis, vluchtelingenprobleem) nog zo positief blijven viel me wel op.
In een weekje had ik toch - ondanks dat het een gezinsvakantie was - rond de 140 soorten en dat is toch een redelijke score vind ik zelf, terwijl je er niet extreem veel voor hoeft te doen.
Ik had mijn telescoop wel meegenomen, maar heb hem helemaal niet veel gebruikt.
Natuurlijk zitten ze ook nog steeds met het vluchtelingenprobleem op o.a. Lesbos, hiervoor hoop ik toch dat de EU, landen als Griekenland en Italië niet alleen met dit probleem laten zitten en er een oplossing komt die humaan is en die de lasten eerlijk verdeeld over de landen. Politiek gaat vaak moeizaam helaas, en ik heb veel respect voor mensen die soms ook als vrijwilliger in de kampen helpen.
Los van bovenstaand genoemd probleem, hebben de inwoners ook gewoon de toeristen nodig voor hun eigen onderhoud, je hoeft er geen schuldgevoel aan over te houden als je daar heen gaat, ze hebben het geld meer dan nodig.
Zoals ik al aangaf bij de inleiding was het toerisme op het dieptepunt met 80% gedaald. De Grieken zelf die we hierover spraken waren ook unaniem in hun wens en roepen vooral de toeristen op weer terug te komen zodat zij ook weer hun problemen kunnen oplossen en hun leventje kunnen gaan oppakken wat ze voor 2014 gewend waren.
Dus voor vogelaars met een gezin is dit goed te combineren. Zon, Zee en Vogels :-), en ook voor niet vogelaars is het ook een geweldig mooi eiland.
Soortenlijst Griekenland - Lesbos 2018
001 |
Dodaars |
036 |
Kievit |
071 |
Middelste Bonte Specht |
106 |
Oostelijke Orpheusspotvogel |
002 |
Fuut |
037 |
Bonte Strandloper |
072 |
Kuifleeuwerik |
107 |
Griekse Spotvogel |
003 |
Yelkouanpijlstormvogel |
038 |
Temminck Strandloper |
073 |
Boomleeuwerik |
108 |
Oostelijke Vale Spotvogel |
004 |
Aalscholver |
039 |
Krombekstrandloper |
074 |
Kortteenleeuwerik |
109 |
Balkanbergfluiter |
005 |
Kuifaalscholver |
040 |
Kleine Strandloper |
075 |
Oeverzwaluw |
110 |
Bonte/Balkan of Withals Vliegenvanger |
006 |
Woudaap |
041 |
Bosruiter |
076 |
Rotszwaluw |
111 |
Koolmees |
007 |
Kwak |
042 |
Witgat |
077 |
Boerenzwaluw |
112 |
Zwarte Mees |
008 |
Ralreiger |
043 |
Oeverloper |
078 |
Roodstuitzwaluw |
113 |
Pimpelmees |
009 |
Kleine Zilverreiger |
044 |
Tureluur |
079 |
Huiszwaluw |
114 |
Rouwmees |
010 |
Grote Zilverreiger |
045 |
Zwarte Ruiter |
080 |
Duinpieper |
115 |
Turkse Boomklever |
011 |
Blauwe Reiger |
046 |
Groenpootruiter |
081 |
Graspieper |
116 |
Grauwe klauwier |
012 |
Purperreiger |
047 |
Poelruiter |
082 |
Boompieper |
117 |
Roodkopklauwier |
013 |
Oooievaar |
048 |
Wulp |
083 |
Roodkeelpieper |
118 |
Maskerklauwier |
014 |
Zwarte Ooievaar |
049 |
Regenwulp |
084 |
Witte Kwikstaart |
119 |
Kleine Klapekster |
015 |
Zwarte Ibis |
050 |
Kemphaan |
085 |
Balkankwikstaart |
120 |
Gaai |
016 |
Lepelaar |
051 |
Kokmeeuw |
086 |
Nachtegaal |
121 |
Kauw |
017 |
Flamingo |
052 |
Dunbekmeeuw |
087 |
Gekraagde Roodstaart |
122 |
Bonte Kraai |
018 |
Bergeend |
053 |
Geelpootmeeuw |
088 |
Zwarte Roodstaart |
123 |
Raaf |
019 |
Casarca |
054 |
Audouins Meeuw |
089 |
Tapuit |
124 |
Spreeuw |
020 |
Bruine Kiekendief |
055 |
Dwergstern |
090 |
Izabeltapuit |
125 |
Wielewaal |
021 |
Arendbuizerd |
056 |
Lachstern |
091 |
Westelijke Blonde Tapuit |
126 |
Huismus |
022 |
Kleine Torenvalk |
057 |
Visdief |
092 |
Oostelijke Blonde Tapuit |
127 |
Spaanse Mus |
023 |
Roodpootvalk |
058 |
Zwarte Stern |
093 |
Paapje |
128 |
Ringmus |
024 |
Boomvalk |
059 |
Witvleugelstern |
094 |
Roodborsttapuit |
129 |
Vink |
025 |
Eleonora's Valk |
060 |
Witwangstern |
095 |
Blauwe Rotslijster |
130 |
Kneu |
026 |
Klein Waterhoen |
061 |
Houtduif |
096 |
Merel |
131 |
Putter |
027 |
Waterhoen |
062 |
Turkse Tortel |
097 |
Oostelijke Orpheusgrasmus |
132 |
Groenling |
028 |
Meerkoet |
063 |
Zomertortel |
098 |
Braamsluiper |
133 |
Sijs |
029 |
Kluut |
064 |
Koekoek |
099 |
Rupells Grasmus |
134 |
Europese Kanarie |
030 |
Steltkluut |
065 |
Steenuil |
100 |
Grasmus |
135 |
Rietgors |
031 |
Griel |
066 |
Gierzwaluw |
101 |
Rietzanger |
136 |
Bruinkeelortolaan |
032 |
Vorkstaatplevier |
067 |
Vale Gierzwaluw |
102 |
Cetti's Zanger |
137 |
Cirlgors |
033 |
Kleine Plevier |
068 |
Alpengierzwaluw |
103 |
Kleine Karekiet |
138 |
Smyrnagors |
034 |
Bontbekplevier |
069 |
Hop |
104 |
Bosrietzanger |
139 |
Zwartkopgors |
035 |
Strandplevier |
070 |
Bijeneter |
105 |
Grote Karekiet |
140 |
Grauwe Gors |
|
|
|
|
|
|
141 |
Zwartkopgors |
|
|
|
|
|
|
142 |
Grauwe Gors |
Hoi Henk
Ik heb je verslag gelezen. Heel boeiend met hele mooie foto's. Volgende week donderdag gaan Petra en ik naar Lesbos voor een week. Dit verslag zullen we zeker gebruiken voor onze reis.
Groetjes, Pieter